stiga
(v)
(riktning)
|
opstijgen
(n)
(v)
(riktning)
|
stigen
stiger
stiger
steg
steg
|
opgestegen
stijgt op
stijgen op
stegen op
steeg op
|
stiga
(v)
(ökning)
|
aangroeien
(v)
(ökning)
|
stigen
stiger
stiger
steg
steg
|
aangegroeid
groeien aan
groeiden aan
|
stiga
(v)
(riktning)
|
stijgen
(v)
(riktning)
|
stigen
stiger
stiger
steg
steg
|
gestegen
stijgt
stijgen
steeg
stegen
|
stiga
(v)
(flygning)
|
omhoog gaan
(v)
(flygning)
|
stiga
(v)
(väg)
|
opstijgen
(n)
(v)
(väg)
|
stigen
stiger
stiger
steg
steg
|
opgestegen
stijgt op
stijgen op
stegen op
steeg op
|
stiga
(v)
(spänning)
|
stijgen
(v)
(spänning)
|
stigen
stiger
stiger
steg
steg
|
gestegen
stijgt
stijgen
steeg
stegen
|
stiga
(v)
(priser)
|
stijgen
(v)
(priser)
|
stigen
stiger
stiger
steg
steg
|
gestegen
stijgt
stijgen
steeg
stegen
|
stiga
(v)
(spänning)
|
aangroeien
(v)
(spänning)
|
stigen
stiger
stiger
steg
steg
|
aangegroeid
groeien aan
groeiden aan
|
stiga
(v)
(flygning)
|
opstijgen
(n)
(v)
(flygning)
|
stigen
stiger
stiger
steg
steg
|
opgestegen
stijgt op
stijgen op
stegen op
steeg op
|
stiga
(v)
(tryck)
|
zich opstapelen
(v)
(tryck)
|
stiga
(v)
(spänning)
|
toenemen
(v)
(spänning)
|
stigen
stiger
stiger
steg
steg
|
toegenomen
nemen toe
namen toe
|
stiga
(v)
(spänning)
|
groeien
(v)
(spänning)
|
stigen
stiger
stiger
steg
steg
|
gegroeid
groeit
groeien
groeide
groeiden
|
stiga
(v)
(spänning)
|
oplopen
(v)
(spänning)
|
stigen
stiger
stiger
steg
steg
|
opgelopen
loopt op
lopen op
liep op
liepen op
|
stiga
(v)
(flygning)
|
klimmen
(v)
(flygning)
|
stigen
stiger
stiger
steg
steg
|
geklommen
klimt
klimmen
klom
klommen
|
stiga
(v)
(tryck)
|
toenemen
(v)
(tryck)
|
stigen
stiger
stiger
steg
steg
|
toegenomen
nemen toe
namen toe
|
stiga
(v)
(tryck)
|
stijgen
(v)
(tryck)
|
stigen
stiger
stiger
steg
steg
|
gestegen
stijgt
stijgen
steeg
stegen
|
stiga
(v)
(flygning)
|
stijgen
(v)
(flygning)
|
stigen
stiger
stiger
steg
steg
|
gestegen
stijgt
stijgen
steeg
stegen
|
stiga
(v)
(priser)
|
omhoog gaan
(v)
(priser)
|
stiga
(v)
(ökning)
|
zich opstapelen
(v)
(ökning)
|
stiga
(v)
(ökning)
|
toenemen
(v)
(ökning)
|
stigen
stiger
stiger
steg
steg
|
toegenomen
nemen toe
namen toe
|
stiga
(v)
(tryck)
|
groeien
(v)
(tryck)
|
stigen
stiger
stiger
steg
steg
|
gegroeid
groeit
groeien
groeide
groeiden
|
stiga
(v)
(ökning)
|
oplopen
(v)
(ökning)
|
stigen
stiger
stiger
steg
steg
|
opgelopen
loopt op
lopen op
liep op
liepen op
|
stiga
(v)
(priser)
|
klimmen
(v)
(priser)
|
stigen
stiger
stiger
steg
steg
|
geklommen
klimt
klimmen
klom
klommen
|
stiga
(v)
(spänning)
|
zich opstapelen
(v)
(spänning)
|
stiga
(v)
(tryck)
|
aangroeien
(v)
(tryck)
|
stigen
stiger
stiger
steg
steg
|
aangegroeid
groeien aan
groeiden aan
|
stiga
(v)
(väg)
|
stijgen
(v)
(väg)
|
stigen
stiger
stiger
steg
steg
|
gestegen
stijgt
stijgen
steeg
stegen
|
stiga
(v)
(väg)
|
omhoog gaan
(v)
(väg)
|
stiga
(v)
(priser)
|
opstijgen
(n)
(v)
(priser)
|
stigen
stiger
stiger
steg
steg
|
opgestegen
stijgt op
stijgen op
stegen op
steeg op
|
stiga
(v)
(ökning)
|
stijgen
(v)
(ökning)
|
stigen
stiger
stiger
steg
steg
|
gestegen
stijgt
stijgen
steeg
stegen
|
stiga
(v)
(ökning)
|
groeien
(v)
(ökning)
|
stigen
stiger
stiger
steg
steg
|
gegroeid
groeit
groeien
groeide
groeiden
|
stiga
(v)
(tryck)
|
oplopen
(v)
(tryck)
|
stigen
stiger
stiger
steg
steg
|
opgelopen
loopt op
lopen op
liep op
liepen op
|
stiga
(v)
(väg)
|
klimmen
(v)
(väg)
|
stigen
stiger
stiger
steg
steg
|
geklommen
klimt
klimmen
klom
klommen
|